Groot talent voor sfeer en gezelligheid!

Hoewel haar klaterende lach vaak de ruimte vult is Chef Kok Hilde Possemiers ook bescheiden. Zelf zal ze niet zo snel uitweiden over haar talenten. Tijd dus voor een paar vraagjes over wat haar beweegt en boeit.

Het stond zeker niet in de sterren geschreven dat ik chef-kok zou worden. Mijn ouders waren tomatenkwekers. De kans op een carrière in de tuinbouw was dus groter. Maar, het opgroeien te midden van de natuur, met steeds verse groenten uit eigen tuin en het zelfgekweekte rund dat jaarlijks geslacht werd op het erf, heeft er voor gezorgd dat ik van kindsbeen af weet wat echt lekker is.

Wat is je ideale tafelgezelschap? Ik hou van mensen die een goede ontvangst weten te waarderen en genieten van de eerlijke keuken met respect voor het product.

Wat is voor jouw het toppunt van luxe? Voluit genieten! Dat kan van een stevige winterwandeling zijn, een gezellige babbel met vrienden aan de open haard en als het wat meer mag zijn, eens super luxueus gaan eten ... .

Wat is je favoriete aperitief? Een goeie Champgne brut!

Wat doe je het liefste in de keuken? Goh, eigenlijk alles. Er is niet echt iets wat ik zeer vervelend vind. Of toch, ajuinen snijden en eieren pellen.

Wat is volgens jouw je specialiteit, waar ben je goed in? Sauzen, met als topper mijn béarnaise. Natuurlijk vers en zelf geklopt.

Welke groenten eet jij het liefst? Ik houd van de klassiekers; tomaten natuurlijk, asperges, witlof, nieuwe bloemkool en rode kool.

Welk stuk vlees geniet jouw voorkeur? Een zesrib, goed bereid, is altijd heerlijk.

Welk kruid is volgens jouw onontbeerlijk? Heel eenvoudig: peper en zout. De basis, maar zeer belangrijk en de juiste hoeveelheid is essentieel.

Welk instrument is voor jou onmisbaar in de keuken? Een mandoline. Een rechthoekige rasp/schaaf waarmee je zowel kan raspen als flinterdunne plakjes mee kan snijden.

We gebruiken alle zintuigen wanneer we eten. Ook de geur, het aroma, is erg belangrijk. Welke geur ruik jij het liefste in je keuken? De geur van verse boerenboter, zelf gebakken brood en vanille blijven onovertroffen.

Het is geweten, de meeste chefs zijn erg temperamentvol in de keuken. Wanneer maak jij je kwaad? Vrijwel nooit, voor alles is een oplossing en een goede sfeer is erg belangrijk.

Je hebt een stressvol beroep. Waarvoor heb je, tot nu toe, de meeste zenuwen gehad? Natuurlijk mijn allereerste échte klanten en die keer dat ik moest koken voor Prins, nu koning, Filip en prinses Mathilde in het Provinciegebouw te Antwerpen.

Ik heb heel veel respect voor mijn leveranciers, ze leveren me de beste kwaliteit en ik kan altijd bellen als er een probleem is.

Wat is eigenlijk jouw lievelingsgerecht? Dat hangt van het seizoen af. In de zomer een gepelde tomaat met grijze garnalen, verse frietjes en zelfgemaakte mayonaise en in de winter gegratineerd witlof met puree.

Van welk type keuken houd je helemaal niet? Eenheidsworst!

Wat is je grootste zonde in de keuken? Cliché, maar chocolade en roomijs.

Wat moeten ze je nooit voorschotelen? Vreemde dingen zoals insecten en zo... .

Welk restaurant dat je bezocht hebt heeft je absoluut indruk op je gemaakt? De nummer 5 in de ranglijst van beste restaurants in de wereld. Osteria de Francescana in Italië.

Ik ben mijn man Koen en de kinderen, Margot en Toon heel dankbaar voor de hulp en hun eindeloze geduld. En natuurlijk mijn klanten voor de enthousiaste appreciatie van mijn werk!

Waar zou je meer tijd voor willen vrij maken? Voor mijn familie en het rijden met onze scooters. Zelf rijd ik met een Zündapp Bella uit 1959.

Welk ander beroep zou je nog willen uitoefenen? Bloemist lijkt me wel wat.

En welke beroemde klanten zou je nog willen ontvangen? Goh, dat is héél uiteenlopend: Michel Roux, Arno Hintjes, Bruce Springsteen, Miet Smet, Luc Janssens, Ronan Keating ... .